Op 1 oktober 1944 omsingelen Duitse troepen het Gelderse dorpje Putten. Niemand kan er nog in of uit. De reden voor deze razzia is een aanslag door een verzetsgroep op Wehrmacht-officieren. Hierbij stierven een Duitser en één van de verzetsmensen. Na een waarschuwing van een gevluchte officier beveelt de Duitse opperbevelhebber (Wehrmachtsbefehlshaber in den Niederlanden) Christiansen tot deze vergeldingsactie.
Alle inwoners van Putten moeten zich melden op het Kerkplein, midden in het dorp. Alleen zieken, ouderen en moeders met baby’s mogen in hun huizen blijven. Op het plein scheiden de Duitsers de mannen van de vrouwen. Meer dan honderd huizen worden in brand gestoken en zeven mensen doodgeschoten. ‘s Avonds mogen de vrouwen, en mannen jonger dan 18 of ouder dan 50 jaar, naar huis.